Nederlandse versie hieronder
Consumers are increasingly realizing the need to eat healthy food, produced without agrochemicals, but on our recent trip to Bolivia we were reminded once more that many organic farmers struggle to sell their produce at a fair price.
The last few days Jeff, Marcella and I have been filming with a group of agroecological farmers in Cochabamba, a city with 1.4 million inhabitants at an altitude of about 2,400 meters. Traditionally, local demand for flowers was high, to use as gifts and decorations at the many festivities, weddings, funerals and family celebrations. When we interview doña Nelly in front of the camera, she explains how many of the women of her agroecological group were into the commercial cut flower business until 5 years ago: âThe main reason we abandoned the flower business was that various people in our neighbourhood became seriously sick from the heavy use of pesticides.â
As the women began to produce vegetables instead of flowers, they also took training on ecological farming. They realized that the only way to remain in good health is to care for the health of their soil and the food they consume. All of them being born farmers, the step to start growing organic food seemed a logical one. With the support of a Agrecol Andes, a local NGO that supports agroecological food systems, a group of 16 women embarked on a new journey, full of new challenges.
âOver these past years, we have seen our soil improve again, earthworms and other soil creatures have come back. But I think it will take 10 years before the soil will have fully recovered from the intense misuse of flower growing,â says Nelly.
On Friday morning, we visit the house of one of the members of the group. Various women arrive, carrying their produce in woven bags on their back. Their fresh produce was harvested the day before, washed, weighed, packed and labelled with their group certificate. Internationally recognized organic certification is costly and most farmers in developing countries cannot afford it. So, they use an alternative, more local certification scheme, called Participatory Guarantee System or PGS, whereby member producers evaluate each other. More recently, the group also gets certification from the national government, SENASAG.
Agrecol staff supports the women as they prepare food baskets for their growing number of customers that want their food delivered either at their home or office. Some customers also come and collect their weekly basket at the Agrecol office. Jeffâs wife, Ana, shows us one evening how every week she receives a list of about 4 pages with all produce available that week, and the prices. Until Wednesday noon, the 150 clients are free to select if and what they want to buy. The demand is processed, farmers harvest on Thursday and the fresh food is delivered on Friday morning: a really short food chain with food that has only been harvested the day before it was delivered.
Organizing personalised food baskets weekly is time-consuming. Most farmers also need institutional support as they lack a social network of potential clients in urban centres. Agrecol has invested a lot in sensitising consumers about the need to consume healthy food, using leaflets, social media, fairs and farm visits for consumers. Without support from Agrecol or someone who takes it up as a full-time business, it is difficult for farmers to sell their high-quality produce.
In her interview, Nelly explains that the home delivery was a recent innovation they introduced when the Covid crisis hit, as local markets had closed down, yet people still needed food. Now that public markets re-opened, demand strongly fluctuates from one week to the next, and with the tight profit margins, it might be a challenge to turn it into profitable business. NGOs like Agrecol play a crucial role in helping farmers produce healthy food, and raising the awareness of consumers, who learn to appreciate organic produce.
As Cochabamba is a large city, Agrecol has over the years helped agroecological farmer groups to negotiate with the local authorities to ensure they have a dedicated space on the weekly markets in various parts of the city.
Local authorities have a crucial role to play in supporting ecological and organic farmers that goes way beyond providing training and inspecting fields. Farmers need a fair price and a steady market to sell their produce. Being given a space at conventional, urban markets and dedicated agroecological markets is helping, but in low-income countries very few consumers are willing to pay a little extra for food that is produced free of chemicals. Public procurements by local authorities to provide schools with healthy food may provide a more stable source of revenue. It is no surprise that global movements such as the Global Alliance of Organic Districts (GAOD) have put this as a central theme.
Agroecological farmers who go the extra mile to nurture the health of our planet and the people who live on it, deserve a stable, fair income and peace of mind.
As Nelly concluded in her interview: “It is a struggle, but we have to fight it for the good of our children and those who come after them.”
Related blogs
Better food for better farming
Related training videos
Creating agroecological markets
Home delivery of organic produce
De strijd om gezond voedsel te verkopen
Consumenten worden zich steeds meer bewust van de noodzaak om gezond voedsel te eten, geproduceerd zonder landbouwchemicaliën, maar tijdens onze recente reis naar Bolivia werden we er opnieuw aan herinnerd dat veel biologische boeren moeite hebben om hun producten tegen een eerlijke prijs te verkopen.
De afgelopen dagen hebben Jeff, Marcella en ik gefilmd met een groep agro-ecologische boeren in Cochabamba, een stad met 1,4 miljoen inwoners op een hoogte van ongeveer 2.400 meter. Traditioneel was de lokale vraag naar bloemen groot, om te gebruiken als geschenk en decoratie bij de vele festiviteiten, bruiloften, begrafenissen en familiefeesten. Als we doña Nelly voor de camera interviewen, legt ze uit hoe veel van de vrouwen van haar agro-ecologische groep tot 5 jaar geleden in de commerciĂ«le snijbloemenhandel zaten: “De belangrijkste reden dat we de bloemenhandel hebben opgegeven was dat verschillende mensen in onze buurt ernstig ziek werden door het zware gebruik van pesticiden.”
Toen de vrouwen groenten begonnen te produceren in plaats van bloemen, volgden ze ook een opleiding ecologisch tuinieren. Ze beseften dat de enige manier om gezond te blijven, is te zorgen voor de gezondheid van hun grond en het voedsel dat ze consumeren. Omdat ze allemaal geboren boeren zijn, leek de stap om biologisch voedsel te gaan verbouwen een logische. Met de steun van Agrecol Andes, een lokale NGO die agro-ecologische voedselsystemen ondersteunt, begon een groep van 16 vrouwen aan een nieuwe reis, vol nieuwe uitdagingen.
“De afgelopen jaren hebben we onze grond weer zien verbeteren, regenwormen en andere bodemorganismen zijn teruggekomen. Maar ik denk dat het 10 jaar zal duren voordat de grond volledig hersteld is van het intensieve misbruik van de bloementeelt,” zegt Nelly.
Op vrijdagochtend bezoeken we het huis van een van de leden van de groep. Verschillende vrouwen arriveren, met hun producten in geweven zakken op hun rug. Hun verse producten zijn de dag ervoor geoogst, gewassen, gewogen, verpakt en voorzien van hun groepscertificaat. Internationaal erkende biologische certificering is duur en de meeste boeren in ontwikkelingslanden kunnen zich dat niet veroorloven. Daarom gebruiken ze een alternatief, meer lokaal certificeringssysteem, het zogenaamde Participatory Guarantee System of PGS, waarbij de aangesloten producenten elkaar controleren. Sinds kort wordt de groep ook gecertificeerd door de nationale overheid, SENASAG.
De medewerkers van Agrecol ondersteunen de vrouwen bij het samenstellen van de voedselpakketten voor hun groeiende aantal klanten die hun voedsel thuis of op kantoor geleverd willen krijgen. Sommige klanten komen ook hun wekelijkse mand ophalen in het kantoor van Agrecol. Jeff’s vrouw, Ana, laat ons op een avond zien hoe zij elke week een lijst van ongeveer 4 pagina’s ontvangt met alle producten die die week beschikbaar zijn, en de prijzen. Tot woensdagmiddag zijn de 150 klanten vrij om te kiezen of en wat ze willen kopen. De vraag wordt verwerkt, de boeren oogsten op donderdag en het verse voedsel wordt op vrijdagochtend geleverd: een echt korte voedselketen met voedsel dat pas de dag voor de levering is geoogst.
Het wekelijks organiseren van gepersonaliseerde voedselmanden is tijdrovend. De meeste boeren hebben ook institutionele steun nodig omdat ze geen sociaal netwerk van potentiële klanten in stedelijke centra hebben. Agrecol heeft veel geïnvesteerd in het sensibiliseren van consumenten over de noodzaak van gezonde voeding, met behulp van folders, sociale media, beurzen en boerderijbezoeken voor consumenten. Zonder steun van Agrecol of iemand die er fulltime mee bezig is, is het voor boeren moeilijk om hun kwaliteitsproducten te verkopen.
In haar interview legt Nelly uit dat de thuisbezorging een recente innovatie was die ze introduceerde toen de Covid-crisis toesloeg, omdat de lokale markten gesloten waren, maar de mensen toch voedsel nodig hadden. Nu de openbare markten weer geopend zijn, schommelt de vraag sterk van week tot week, en met de krappe winstmarges kan het een uitdaging zijn om er een winstgevend bedrijf van te maken. NGO’s als Agrecol spelen een cruciale rol door de boeren te helpen gezond voedsel te produceren, en door de consumenten bewuster te maken van biologische producten.
Omdat Cochabamba een grote stad is, heeft Agrecol in de loop der jaren groepen agro-ecologische boeren geholpen bij de onderhandelingen met de lokale autoriteiten om ervoor te zorgen dat zij een speciale plaats krijgen op de wekelijkse markten in verschillende delen van de stad.
Lokale autoriteiten spelen een cruciale rol bij de ondersteuning van ecologische en biologische boeren, die veel verder gaat dan het geven van trainingen en het inspecteren van velden. Boeren hebben een eerlijke prijs en een vaste markt nodig om hun producten te verkopen. Een plaats krijgen op conventionele, stedelijke markten en speciale agro-ecologische markten helpt, maar in lage-inkomenslanden zijn maar weinig consumenten bereid een beetje extra te betalen voor voedsel dat zonder chemicaliën is geproduceerd. Openbare aanbestedingen door lokale overheden om scholen te voorzien van gezond voedsel kunnen een stabielere bron van inkomsten opleveren. Het is geen verrassing dat wereldwijde bewegingen zoals de Global Alliance for Organic Districts (GAOD) dit als een centraal thema stellen.
Agro-ecologische boeren die een stapje extra zetten om de gezondheid van onze planeet en de mensen die erop leven te voeden, verdienen een stabiel, eerlijk inkomen en gemoedsrust.
Zoals Nelly zei in haar interview: “het is een strijd, maar we moeten deze voeren voor het welzijn van onze kinderen en zij die na hen komen.”